Puur goud is slechts beperkt geschikt voor het maken van sieraden, omdat het te zacht is en gevoelig voor krassen. Daarom wordt bij het maken van sieraden vaak zilver, koper en andere materialen toegevoegd aan fijn goud. Het Permanent White legeringstype wordt gekenmerkt door de toevoeging van 14% palladium aan 14 karaat witgouden sieraden. In tegenstelling tot een normale legering van 14 karaat witgoud, waarbij het oppervlak is gecoat met rhodium, hebben sieraden met de Permanent White legering geen oppervlaktecoating. Door het hoge palladiumgehalte is de kans op kleurverandering door slijtage, die bijvoorbeeld kan optreden door dagelijks dragen, klein en behouden de sieraden zelfs na jaren hun glans en worden ze niet dof. Bij een rhodiumlaag op het oppervlak is aanslag onvermijdelijk, waardoor het kleurcontrast van bi- of driekleurige sieraden zwakker wordt. Het enige zichtbare verschil zit in de kleurtoon. Sieraden met de Permanent White legering zijn iets koeler dan sieraden met een standaard witgouden legering, die een lichtere en warmere tint wit hebben. Vergeleken met standaard witgoudlegeringen zijn ze ook iets duurder, omdat palladium duurder is dan zilver en goud, en hier is het vooral de kleurstabiliteit die gegarandeerd kan worden.
